Paal #2 - opdracht #1
Elk insect heeft een lijfje van drie delen: een kop, een borststuk en een achterlijf. En elk insect heeft zes poten.
Kijk om je heen, je staat dicht bij de sloot. Langs de sloot groeit hoog gras, insecten schuilen hier maar wat graag! Kun jij er één vinden?
Ga in het hoge gras op zoek naar een insect. Met je loep kun je het van dichtbij bekijken. Wees wel voorzichtig dat je hem geen pijn doet. Wat zie je allemaal, en weet je welk insect je gevonden hebt?
Zet het insect weer terug waar je hem gevonden hebt en loop door naar paal drie.